Bergrace off the road Arnhem: 3 Juni 2012
Ruud




Een dag voor de Bergrace in Arnhem nog van het mooie weer genoten en de dag afgesloten met een heerlijke BBQ. Daarna maar vroeg het bed opgezocht. Niet dat slapen er inzat. De regen begon al fanatiek tegen het raam aan te tikken en dat voor de komende 24 uur. Het begon langzaam tot me door te dringen.. Dat gaat koersen worden in de regen!

Gelukkig hadden we al een donkerbruin vermoeden dat het nat ging worden. De furious fred die het goed had gehouden tijden de streetrace in Goirle maar even verwisseld voor iets meer profiel. Dat bleek achteraf geen onnodige luxe.

De wekker maakte een einde aan een zonnige droom. In de echten wereld was het nat. Het kwam in Gilze nog met bakken uit de lucht. Mooi want wat nu valt valt straks niet! Om half 9 waren we in Arnhem. Eerst maar even de startbewijzen ophalen en het kratje met bidons neer planten. Het regende niet zo hard als Thuis. Maar daar kwam al snel verandering in. De bui leek ons wel achterna gekomen te zijn.

Warm rijden zat er niet in. Het hielp simpelweg niet. De spieren hadden hun arbeid beperkt tot het laten rillen van de benen. Klappertanden was ook niet moeilijk met deze kou. 7 graden! Wat een verschil met gisteren. Het startvak had ook last van de kou. Kippenvel all over the place, over rillende spieren maar niet te spreken. De laatste minuut van de start ging snel en weg was het veld. Ik kon tijdens de startklim in het wiel van Bart blijven zitten bij de kop van het veld. Er werd niet echt vol gas gegeven. Eerst warm worden, dat dacht ook de rest.

Aan het einde van de klim ging het rechts een trottoir band op het bos in. Het meters die volgde waren hectisch. Fietsers die plots vielen, rechts en links langs kwamen, stukken afsneden of lopend verder gingen. Gelukkig kwam ik er zelf fietsend doorheen. Maar eenmaal boven zij mijn lichaam dat het wel goed was zo. Even pas op de plaats en een kransje terug schakelen. Ok? 4 kransjes dan. Ik liet me wat terug zakken. Damn wat liep die bosgrond zwaar met die regen. De eerste ronden kwam ik verder goed door. Ik zakte terug naar halve wegen het veld. Na een ronde kwam Rene Snoeren voorbij. Hij tikte me nog even aan en na wat over en weer gepraat ben ik in zijn wiel gaan zitten. Althans voor een kilometertje dan. Ondanks zijn nog half genezen sleutelbeen breuk was Rene lekker aan het koersen. Net wat te hard voor mij. Ik trapte op mijn eigen duur tempo door. Uitrijden was het doel. Maar dat werd in de ronde die volgde me erg moeilijk gemaakt.

Ik schakelde op de klim halve wegen de ronde mijn ketting tussen de cassette en mijn wiel. Stoppen en de fiets op de kop. 4 minuten staat frutten om de ketting er tussen uit te krijgen. Man die zat er vast tussen! Toen de ketting weer terug op de tandwielen lag was Oscar een beetje boos. Ik gooide het gas er op om wat plaatsen goed te kunnen maken. De klim van de trappen kon ik bijna helemaal fietsend opkomen. Daar pakte ik mooi 4 man die lopend omhoog moesten. Op de rest van de ronden liep ik weer wat in en zat weer achter de groep waar ik thuis hoorde. Toen merkte ik dat mijn ketting ging lopen over de cassette als ik wat kracht zette. Dit werd alleen maar erger en heb mijn fiets maar weer op de kop in de kant gezet. Derrieur bekeken. Niets te zien. Cassette, geen takken ertussen. Ketting.. Tja.. dat was de boosdoener. Een schalm bleek uit elkaar te zijn gebogen en zat maar voor de helft meer vast. Lopen naar de service punt was te ver en besloot op souplesse verder te fietsen. De ketting niet te veel belasten was alleen makkelijker gezegd als gedaan. De halve ronde die volgde leek wel een jaar te duren. Maar ik had het gehaald. De vraag bij het cervice punt was: Weer een uitvaller? Daar wilde ik niets van weten en vroeg om een pouwerlink. Deze ertussen gefrot en Ruudie kon weer op pad. Wat nou stoppen. Geen DNF achter mijn naam!

De wedstrijd was alleen al wel gereden. Ik had zeker 15 minuten vertraging opgelopen alleen door het stoppen al. Toen viel de remdruk van mijn achterrem ook nog weg. De ronden die volgde waren dan ook overleven. Wat een klein hoopje mens voelde ik me op mijn fiets. Moeder natuur. Je heb gewonnen! Laat nu de zon maar weer schijnen, weg met die modder! De bel voor de laatste ronden graag! Die vlieger ging alleen niet op. Ik moest er nog ??n rijden. Gratis nu we er toch zijn. Wat was ik blij dat toen ik de ronde die volgde de finish overreed en de wedstrijd gereden was. Daar nog met wat andere bikers staan kletsen die stuk voor stuk last hadden van een falende achterrem. Bart zag ik toen ook nog binnen komen op een mooie 31ste plaats. Zelf was ik 97ste geworden van de 140 starters. Slechts 108 rijders hadden de streep gehaald. Dus mooi nog 10 man achter me kunnen laten ondanks de vertraging. Overal sta ik nu op een 63ste plaats. Ik ben er tevreden mee. Het was gewoon een taaie training geworden.